Responsive image

Artikel 5 Plaats van belastingheffing

Download de app voor meer functionaliteit.

Artikel 5 Plaats van belastingheffing

1. Belastbare inkomsten die door een entiteit in een belastingtijdvak zijn verworven, worden voor de toepassing van deze richtlijn aangemerkt als inkomsten die in dat belastingtijdvak in een lidstaat zijn verworven indien gebruikers met betrekking tot de belastbare dienst zich in dat belastingtijdvak in die lidstaat bevinden.

De eerste alinea is van toepassing ongeacht of die gebruikers al dan niet in geld hebben bijgedragen aan het genereren van die inkomsten.

2. Met betrekking tot een belastbare dienst wordt een gebruiker geacht zich in een belastingtijdvak in een lidstaat te bevinden indien:

(a) in het geval van een onder artikel 3, lid 1, onder a) vallende dienst, de advertenties in kwestie op het toestel of apparaat van de gebruiker verschijnen op een tijdstip dat dit toestel of apparaat in dat belastingtijdvak in die lidstaat wordt gebruikt om toegang te krijgen tot een digitale interface;

(b) in het geval van een onder artikel 3, lid 1, onder b), vallende dienst:

i) indien bij de dienst een veelzijdige digitale interface betrokken is die de verrichting van onderliggende leveringen van goederen of diensten rechtstreeks tussen gebruikers faciliteert: de gebruiker in dat belastingtijdvak in die lidstaat een toestel of apparaat gebruikt om toegang te krijgen tot de digitale interface, en in dat belastingtijdvak op die interface een onderliggende transactie sluit;

ii) indien bij de dienst een andere veelzijdige digitale interface betrokken is dan de onder i) vallende soort: de gebruiker een account heeft voor de volledige duur of een deel van dat belastingtijdvak die hem toegang geeft tot de digitale interface, en die account werd aangemaakt met behulp van een toestel of apparaat in die lidstaat;

(c) in het geval van een onder artikel 3, lid 1, onder c) vallende dienst, data die zijn gegeneerd van de gebruiker die in die lidstaat een toestel of apparaat heeft gebruikt om toegang te krijgen tot een digitale interface, hetzij tijdens dat belastingtijdvak dan wel een voorgaand tijdvak, in dat belastingtijdvak zijn doorgegeven.

3. Voor elk belastingtijdvak wordt het aandeel in de totale belastbare inkomsten van een entiteit die overeenkomstig lid 1 worden aangemerkt als in een lidstaat verworven inkomsten, als volgt bepaald:

(a) wat betreft belastbare inkomsten uit de levering van onder artikel 3, lid 1, onder a), vallende diensten, naar evenredigheid van het aantal keren dat een advertentie in dat belastingtijdvak op toestellen of apparaten van gebruikers verschenen is;

(b) wat betreft belastbare inkomsten uit de levering van onder artikel 3, lid 1, onder b), vallende diensten:

i) indien bij de dienst een veelzijdige digitale interface betrokken is die de verrichting van onderliggende leveringen van goederen of diensten rechtstreeks tussen gebruikers faciliteert: naar evenredigheid van het aantal gebruikers dat in dat belastingtijdvak op de digitale interface onderliggende transacties heeft gesloten;

ii) indien bij de dienst een andere veelzijdige digitale interface betrokken is dan de onder i) vallende soort: naar evenredigheid van het aantal gebruikers dat een account heeft voor de volledige duur of een deel van dat belastingtijdvak die toegang geeft tot de digitale interface;

(c) wat betreft belastbare inkomsten uit de levering van onder artikel 3, lid 1, onder c), vallende diensten, naar evenredigheid van het aantal gebruikers van wie in dat belastingtijdvak doorgegeven data zijn gegenereerd doordat zij een apparaat of toestel hebben gebruikt om toegang te krijgen tot een digitale interface, hetzij tijdens dat belastingtijdvak dan wel een voorgaand tijdvak.

4. Bij het bepalen van de plaats van belastingheffing van de belastbare inkomsten die aan de DDB onderworpen zijn, wordt geen rekening gehouden met de volgende elementen:

(a) indien er sprake is van een onderliggende levering van goederen of diensten rechtstreeks tussen gebruikers van een veelzijdige digitale interface als bedoeld in artikel 3, lid 1, onder b): de plaats waar die onderliggende levering wordt verricht;

(b) de plaats vanwaar een betaling voor de belastbare dienst wordt verricht.

5. Voor de toepassing van dit artikel wordt de lidstaat waar een toestel of apparaat van een gebruiker wordt gebruikt, bepaald aan de hand van het internetprotocoladres (IP-adres) van het toestel of apparaat of, indien nauwkeuriger, een andere methode van plaatsbepaling.

6. De data die met het oog op de toepassing van deze richtlijn van gebruikers kunnen worden verzameld, zijn beperkt tot data die uitsluitsel geven over de lidstaat waar de gebruiker zich bevindt zonder dat zijn identiteit kan worden bepaald.

EY Taxlaw NL verschaft de mogelijkheid tot:
  • het full text doorzoeken van de verdragen en regelgeving met daarbij filters om het zoekgebied nader af te bakenen;
  • het full text doorzoeken van de gedelegeerde regelgeving, beleidsbesluiten en jurisprudentie;
  • het kunnen sorteren van de gedelegeerde regelgeving, beleidsbesluiten en jurisprudentie op datum, titel en instantie;
Responsive image
Responsive image
  • het oproepen van artikelversies tot enige jaren terug;
  • het maken van aantekeningen op artikelniveau;
  • de creatie van dossiers voor de opslag van snelkoppelingen naar veelvuldig geraadpleegde wetsartikelen;
  • het delen via mail en sociale media van artikelteksten met desgewenst een additioneel bericht.